Wie is je vader? Wie is je moeder?

Ken je (voor)ouders

Wie is je vader?
Wie is je moeder?

De vragen die tante Es (Jurgen Raymann) standaard aan de gasten die aanschoven in het televisieprogramma stelde.
Een interessante vraag wanneer je iemand (Of jezelf 😉 wilt leren kennen!

Je ouders de bron van jouw bestaan

Je ouders zijn letterlijk de bron van jouw bestaan. Daar is je leven op gebaseerd. Je ouders zijn en blijven je allerbelangrijkste leraren. Ook wanneer je hen afwijst of een oordeel over hen of hun keuze, levenswijze hebt. Over de wijze van opvoeden bijvoorbeeld. Het is uiteraard je goed recht om het ‘anders’ te doen wanneer jij de ouder bent. Maar door nog altijd die afwijzing te benoemen, te voelen zit je nog steeds in het oordeel. Je hoopt ergens nog je gelijk te halen. Dat wat je daarmee zo gemist hebt. Dat wat je nu beslist je kinderen wil meegeven, omdat jij dit zo miste. Het is maar de vraag of je kinderen dit missen.

Wat mis je zelf?

Jij bent namelijk zelf degene die dit nog altijd mist. Als kind van je ouders. Toen had je het nodig. Doordat inzicht, door te voelen wat je ouders je hebben kunnen geven, wat je wel én wat je niet nodig had. Waar je wel én niet om gevraagd hebt (het is en een packagedeal) wordt jij je bewust van hetgeen wat je op dit moment (onbewust) nog aan het compenseren bent. Aan het ‘halen’ bij anderen. Je partner, kinderen of werk bijvoorbeeld. Daar is zit de les. Nu voor jezelf. Blijf je oordelen of kun je verzachten naar jezelf? Het kind in jou dat niet langer afhankelijk is, maar waar jij nu zorg voor mag dragen.

Dat geldt niet voor mij

Zo was er eens een opmerking van een dame die haar vader al jong had verloren, ik vertelde haar over deze systemische aanname dat je ouders als grootste leraren gelden. De vader- dochterband legt namelijk een basis voor de liefderelaties die je aangaat later: ‘ Dat geldt niet voor mij want ik ken mijn vader niet’.

Ik vroeg haar wat haar vader dan was voor haar. ‘Gewoon, afwezig. Ik ken hem niet.’ Maar je bestaat wel mede doordat je vader er was, merkte ik op. Om haar aan te sporen meer te vertellen over die afwezige vader. ‘Ik miste hem ook niet, ik had gewoon geen vader. Hij was er gewoon niet. Ik en mijn moeder en dat was genoeg’. Daarbij voegt ze toe: ‘Een man heb je niet persé nodig om het leuk te hebben hoor’.

De verbinding ook wanneer die er NIET lijkt

Ik vroeg haar (deze vrouw van midden 50) nog eens naar haar levenssituatie. En hoe zat het nu ook alweer? Leef je met iemand samen? Dan kijkt Ze mij aan en er komt wat hortend en stotend een zin uit…. ‘Dus je bedoelt dat….’ Ik laat het even bezinken bij haar en later komt ze zelf tot de ontdekking dat zij inderdaad de rol van haar vader als grote afwezige juist levend houdt door zelf ook altijd maar alleen te blijven.
Niet bewust, ergens zou ze best een leuke vent willen. Maar ja, hij was het gewoon nooit. Ze voelde nooit echt die connectie. Misschien was ze gewoon beter af alleen…. Dat bleek een aanname die zij al jong had gedaan vanuit de pijn en verdriet als kind. Er was een deurtje dicht gedaan. Ze kwam erachter dat zij zich nooit helemaal durfde te verbinden met een man. Hij kon immers ‘zomaar’ verdwijnen.

De vragen naar haar moeder en vader hebben haar opgeleverd dat zij zich op een andere manier dan tot nu toe bewust werd van zichzelf. Zie hoe interessant die vraag kan zijn: Wie is je moeder? Wie is je vader?